11-01-2017
AROUND US
Een station is de verzamelplaats van mensen die zich hier een korte tijd ophouden. Een openbare ruimte voor vertrek en aankomst, beeld, geluid, ontmoetingen en het decor van Around Us, een samenwerkingsproject tussen componiste Dyane Donck en gezelschap Dansnest. Plaats van tijd en handeling is het station van Breda. Dit nieuwe stadsicoon is nog fonkelnieuw en wat onwennig voor zowel de reizigers als personeel, een situatie die weliswaar organisatorisch soms wat complex kon zijn maar ook kansen bood voor een zekere eigenzinnigheid.
Voorafgaand verbleef componiste Dyane Donck, gastkunstenaar van Electron Urban Art Projects, in de nabij gelegen wijk Liniekwartier, waar zij zich door de culturele diversiteit liet inspireren tot de compositie Sounds that surround me. Tijdens het werkproces van Dyane stond de vraag centraal hoe een intiem en persoonlijk gegeven als haar muziek vertaald kon worden naar een publieke gelegenheid. Vooral het beluisteren via koptelefoon, wat een specifiek onderdeel is in de optimale beleving, is een meerwaarde maar ook een restrictie.
Het gezelschap Dansnest is zich zeer bewust van publieke interactie waarbij zij bij uitstek hun podium situeren in de openbare ruimte, met alle elementen vandien zoals de aanwezige architectonische structuren, beoogde functionaliteit en menselijke aanwezigheid. De methode die zij hanteren om tot een choreografie te komen oogt eenvoudig, maar dat zou het subtiele spel tussen het ‘dagelijks leven’ en het creatief proces te kort doen. Dansnest neemt, leent, steelt, onttrekt iets uit de werkelijkheid om er daarna iets aan toe te voegen. Iets nieuws, iets wat er al was, of hetzelfde maar dan anders. De muziek van Dyane inspireerden de choreografen Nana van Moergestel en Neel Brans tot een nieuw element in hun modus operandi. Niet de locatie maar de muziek van Dyane werd nu leidend in het proces.
“Vooraf zochten wij vooral contact met omstanders, voorbijgangers en publiek op het station om hen intensief te laten deelnemen aan een artistiek proces, waarmee zij deelgenoot werden en met een nieuwe blik naar de eigen omgeving gingen kijken. Omdat we nu juist de opdracht om te ‘werven’ niet aan ons zelf hebben opgelegd, en daarmee de non-professionals een andere positie kregen, gaf het alle ruimte om de interactie werkelijk en uitsluitend te laten voortkomen uit de choreografie. Alleen professionals onder elkaar is een ander werkproces geweest waar we een sterke drang en behoefte aan hadden. Het voelde daarom ook als een onderzoek naar dans in de openbare ruimte.”
Daarbij was ook de locatie niet zonder een zekere ambitie, de onbekendheid met het gebouw, het station was nog niet opgeleverd ten tijde van de repetities, en de intensiteit van de gebruiksfunctie bleek op meerdere fronten een uitdaging. Hoe bindt je mensen op een station en maak je hen deelgenoot van een intiem moment? Toch bleek het element van koptelefoons eerder een uitkomst dan obstakel. Het publiek, tot ongeveer een maximum van 30 personen, werd tot een groep verbonden door het dragen van een koptelefoon waar zij de muziek van Dyane konden horen en zo geleid werden door de ruimte waar zij de dansers volgden. Hoewel de muziek af en toe overstemd werd door omgevingsgeluiden ging dat wonderwel samen, niet in de laatste plaats omdat Dyane al door haar speciale opnametechniek zulke geluiden in de compositie had ingebracht waardoor een spontane combinatie met de stationsomroeper alleen maar het surrealistische effect wist te verhogen. Terwijl de groep van roltrap naar perron, naar winkel, langs zitplaatsen en tunnel werd geleid, kreeg ieder plekje een eigen karakteristiek, ieder element een eigen beweging. De dansers zien er feitelijk gewoon uit, onopvallend in kleding maar des te opvallender in hun speelse beweging, soms ingetogen, dan weer theatraal of dominant. Bijna vergelijkbaar met de traceurs in Parkour zoeken zij door dans naar vrijheid en het verleggen van grenzen in de stedelijke omgeving. Zoals een bezoeker opmerkte, het voelde aan alsof men in hetzelfde complot zat, wij de horenden en de zienden tegenover de anderen die zich verwonderden.
Toch kwamen er onbevangen interacties tot stand doordat de stationsbezoekers geprikkeld door hun nieuwsgierigheid zich aansloten, zelfs al hoorden zij niets. Het werd bijna vervreemdend als de handelingen van de stationsgebruikers naadloos leken over te gaan in die van de passerende dansers. Een dialoog tussen dans, geluid en omgeving die tot besluit langzaam weer werd overgenomen door de omgevingsgeluiden terwijl de dansers zich nonchalant verwijderden uit het station.
door Esther van Rosmalen, Witte Rook